Tag Archief van: Oordeel

Meditatie over Lukas 23:24-25

Als het gaat over het lijden en sterven van onze Heere Jezus Christus, dan wil je liever soms wegkijken. Omdat je verbijsterd bent, over de smaad en schande wat onze Verlosser wordt aangedaan. Over het ten hemel schreiende onrecht, wat deze Rechtvaardige moet dragen.

De rechter Pilatus zou het recht moeten handhaven. Maar onder de druk van de Joden gaat hij stapje voor stapje mee in hun richting. Geen Romeins wet, die Jezus beschermd. Maar een Romeinse rechter, die Hem overgeeft aan de wil van het volk.

Het begon al, dat hij Jezus niet onmiddellijk vrij liet. Immers, hij had Jezus verhoord, en vond geen schuld in Hem. Toch liet hij Jezus niet vrij. Sterker nog, hij stelde voor een geseling, als tegemoetkoming en dan vrijlating. Het volk wil niet. Vervolgens stuurt hij Jezus naar Herodes Antipas. Deze koning vindt ook geen schuld in deze Jezus. Zelfs deze goddeloze man verklaard Jezus onschuldig. Dan moet Pilatus Jezus helemaal vrijlaten. Maar hij doet het niet. En als laatste wanhoopspoging zet hij Jezus dan maar op een tweetal. Alsof Jezus al veroordeeld is, vraagt hij aan de mensen: wie moet ik vrijlaten? Jezus of Barabbas.

Jezus of Barabbas. Alleen die vraag, het is waanzin. Barabbas was schuldig aan moord. Jezus was rein van hart, zuiver van handen. Barabbas ging rond als oproerkraaier, een relschopper. Jezus genas mensen, zegende mensen, troostte mensen. Waar Barabbas dood en verderf zaait. Daar geeft Jezus het léven. Kan het contrast nog duidelijker? Pilatus ziet het niet. En wat als laatste poging is bedoelt, werkt ook niet. Kruis, kruisig Hem, schreeuwen ze.

Hoe leest u deze geschiedenis? Misschien vol afschuw en afkeer. Je wilt het niet zien, niet horen. Maar laten we nu juist wel kijken. En huiveren. Ook over onszelf. Want we kunnen wel dénken: ik zou het voor Jezus opgenomen hebben. Maar staan ook wij niet zomaar aan de verkeerde kant van de lijn? Wat bij Barabbas dan naar buiten kwam, dan leeft bij ons in ons hart. Jezus zegt dat zelf (Mat. 15:19): “Want uit het hart komen voort kwaadaardige overwegingen, alle moord, overspel, ontucht, diefstal, valse getuigenissen, lasteringen.” Ook wij kunnen Jezus toch zomaar aan de kant schuiven, net als Pilatus? Al is het maar voor even? En onze eigen gang gaan. Eigen keuzes maken. En Jezus maar even aan de zijkant laten staan?

Zie dan op Jezus. Want Hij staat daar – zijn naam wordt door de aanwezigen niet eens genoemd in Lukas. Maar Hij is het centrum. En al onze aandacht, ja al Gods aandacht gaat naar Hem uit. Want Hij staat er maar niet passief bij. Hij draagt alles. Hij doorgrond alles. En bij elk woord van Pilatus, elke schreeuw van de omstanders, elk onrecht wat zich hier voltrekt; Jezus kiest om te volharden. Hij kiest om uit liefde trouw te blijven. Tot in de dood. Hij weet: het is niet alleen Pilatus die mij vrij pleit van schuld. Ik bén ook onschuldig. En tegelijk: het is niet alleen Pilatus die Mij veroordeeld. Het is God, die Mij veroordeeld. Vanwege al de zonden van ons mensen, die rusten op zijn schouders. Zó is er vrijspraak, voor een ieder die gelooft in Jezus Christus. Zie op Jezus. En vindt dáár, bij Hem, eeuwig leven!

 

Lezen Lukas 23 (klik hier).

De preek over Lukas 23:24-25 is via deze link na te luisteren (de preek begint vanaf 27.04).

Meditatie over Romeinen 8:7

Als je in het ziekenhuis onder de scan moet, dan is dat vaak niet een goed teken. Je hebt mogelijk een ernstige ziekte in je lichaam. En dan kan je je gezond voelen. De werkelijkheid kan soms totaal anders zijn. Namelijk dat je misschien wel doodziek bent. Nu legt de Heere ons ook onder een soort scan. De scan van zijn Woord en zijn geboden. Hij toetst ons niet alleen van de buitenkant. Maar Hij ziet en oordeelt ook onze binnenkant. Ons hart, onze gedachten, onze verlangens. Hij toetst ons wij van onszelf zijn.

En wat is de uitkomst van die scan? Dat het niet goed met ons gesteld is. Het eerlijke, maar ingrijpende oordeel zegt de Heere bijvoorbeeld in Romeinen 8:7. Paulus zegt daar: “Immers, het denken van het vlees is vijandschap tegen God. Het onderwerpt zich namelijk niet aan de wet van God, want het kan dat ook niet.” Als de Heere met zijn heilige Geest niet in ons hart zou werken, dan is daar alleen maar dit te vinden: vijandschap tegen God. En geen onderwerping aan zijn wetten. Een confronterende uitkomst van de scan. Maar het is de waarheid van God. Wij kunnen ons gezond voelen. Maar we blijken doodziek. Vijanden van God. Dat zijn we.

Is daar dan ook iets van te zien om ons heen? Nu kan deze vijandschap duidelijk zichtbaar worden in tijden van oorlog. Als het recht van de sterkste gaat gelden. Als de orde wegvalt. Als er geen controlerende macht meer is. En het recht wegvalt. Dan blijkt in alle gruwelijkheden waartoe wij mensen in staat zijn. Ook dat is mensenwerk, laten we daar niet voor wegkijken. Toch kan het ook anders. Want ook in een toch vrij net land als Nederland is er ook vijandschap tegen God. Hoe dan? Bijvoorbeeld als mensen niet in God geloven en toch wel een netjes leven hebben. Waarom hebben ze dan een goed leven? Of waarom kiezen ze dan voor een huwelijk in trouw en verbondenheid? Of waarom vloeken ze dan niet? Bijvoorbeeld, omdat ze dat gewoon belangrijk vinden. Belangrijke waarden vinden. Niet omdat Gód dat van hen vraagt. Nee, dat kiezen ze zelf. Daarvan geldt dus ten diepste hetzelfde: zij onderwerpen zich niet aan God en zijn vijanden van de Heere. Uiteraard is dat dan zichtbaar op een compleet andere manier. En uiteraard is de ene zonde erger dan de ander. Maar de bron is hetzelfde. Het hart is hetzelfde: vijandschap tegen God. En géén onderwerping aan de wet van God.

Een pijnlijke uitkomst. Willen we daar niet liever voor wegrennen? Blijven ontkennen? Kop in het zand steken? Als we eerlijk zijn: ja, dat willen we. Want we vinden vaak toch van onszelf dat het best wel goed gaat. Maar dat is niet de beste manier om ermee om te gaan. Dat geldt voor een diagnose van het ziekenhuis. Dat geldt zeker ook van de diagnose die God ons geeft. Als we dat ontkennen, komt het niet goed met ons.

Wat wil de Heere? Hij wil dat we het eerlijk belijden. Maar tegelijk geeft Hij mét de diagnose ook de uitkomst. Want deze zelfde God die de eerlijke diagnose stelt. Die gaf ook zijn Zoon. Zijn innig geliefde Zoon. Om ons te redden van de zonde. En te bevrijden van het oordeel. In de geborgenheid van zijn eeuwige liefde is het veilig. Dan kan je eerlijk erkennen dat je zondaar bent. En dat je nog steeds een zondig hart hebt, waaruit elke dag zonden ophoog springen. Maar kan je ook vluchten tot Jezus. Voor genade. Vergeving. En vernieuwing. Elke dag weer. Tot aan de terugkomst van Jezus Christus.

Vragen ter overweging

  1. Herken je ook zelf iets van die vijandschap tegen God? En het verlangen om je niet aan Gods wet te onderwerpen?
  2. Wat maakt het zo moeilijk voor ons mensen, om onze schuld eerlijk te erkennen?
  3. Hoe kan het, dat die vijandschap tegen God zich in ons land soms helemaal niet duidelijk uit?
  4. Kan je tegelijk ook voorbeelden noemen van ons land, waarin die vijandschap tegen God zich wel uit?

Lezen Romeinen 8 (klik hier).

De preek over Romeinen 8:7 (en zondag 2) is via deze link na te luisteren (de preek begint vanaf 21.35).